AVONDMUZIEK
Voor Maur Engels
De nacht
heeft stad en land
omvat in fluweelzachte,
naar jasmijn geurende,
met sterren besprenkelde
handschoen.
Goedmoedig
strekt de nacht
zich uit, gunt
mij al datgene
wat de dag mij ontzegt:
rust, dromen
en koelte.
Amper geslonken de zon,
gezonken aan de horizon,
vangt aan wit gezang
van nonnen van Roosendaal.
Bij het klooster
bewieroken serene en
gestage melodieën
uit Rome en Roosendaal,
de nog maagdelijke
zwarte nacht.
En tijdens het Lof
bedank ik God
dat de helse rode hitte
is gaan liggen.
Als de nonnen
na het Lof,
gedrapeerd in hun gebeden
prevelend gaan slapen,
begint de avondmuziek te dwalen
door de straten van Willemstad,
neemt de gedaante aan
van een wals, een mazurka
een vlammende tumba:
als uit een tuba
spuiten omhoog
zwarte klanken
van strakgespannen
drums, gretig likkend
aan ronde maan, dansend
op zwoele, zwangere ritmes
uit Ghana en Guinee….
En Rome, Roosendaal,
Ghana, Guinee en
Curaçao
zijn takken
van één boom,
woorden
op één pagina
vijf vingers
van één hand,
de fluweelzachte
handschoen van
de nacht.
Walter Palm Copyright 2020